Gisteravond weer een ‘extra nieuwsuitzending’ over de financiële crisis, aangekondigd tijdens het kijken naar de reguliere tv programmering. Een opmerking van mijn vrouw zette me aan het denken: “Alweer? Wat is er nu weer aan de hand? Het lijkt wel of ze dit doen om extra kijkers te trekken…” Tsja, het zou zo maar kunnen…
De media spint garen bij de situatie die zich momenteel ontvouwt op de financiële markten. Op de radio hoorde ik presentatoren zich al uitspreken over wat de dag van morgen nu weer zou brengen… Het lijkt een soort ramptoerisme, waarbij mensen reikhalzend uitkijken naar de volgende schokgolf die de financiële crisis met zich mee brengt.
Het woord ‘crisis’ heeft in de dagelijkse spraak een negatieve lading. Van oorsprong is de term echter neutraal. Etymologisch komt het voort uit het (oud)Griekse werkwoord κρινομαι (‘krinomai’) met de betekenissen (1) scheiden; schiften (2) onderscheiden (3) beslissen; beslechten (4) richten; oordelen. Zo bezien, is een crisis een ‘moment van de waarheid‘, waarop een beslissing moet worden genomen die van grote invloed is op de toekomst. (bron: Wikipedia)
Het is een spannende en interessante tijd waarin we leven, zeker de laatste maanden. Waar we voor moeten waken is dat onze behoefte aan sensatie, gevoed door de media, niet uitmondt in massahysterie. Hopelijk kan de wereld de huidige crisis accepteren als een wellicht onprettige, maar wel noodzakelijke reality check. En geeft dit ons de nodige drijfveren geeft om nieuwe, inventieve manieren te vinden om optimaal te leven, werken en te ondernemen!
Pessisme is niet nodig, realisme wel.